De HIMSS zit er weer op. Vorige week verbleven Niels van Peer en Joachim Kaarsgaren in Orlando, waar het grootste zorg-ICT-congres ter wereld plaatsvond. Na een interessant voorprogramma, waarover Niels vorige week al verslag deed, hebben de heren nog een aantal boeiende presentaties op de HIMSS bijgewoond. In deze blog blikt Niels daarop terug.
Dinsdagochtend startte met de officiële Keynote-opening. Naar mijn mening was het verhaal iets te sterk op de VS gericht, maar toch zijn er ook lessen voor de rest van de wereld uit te trekken. De rode draad in de Keynote was de rol van de zorg-afnemer, ofwel de ‘klant’. Net als in het Nederlandse voorprogramma kwam ook het onderwerp schaarste nog aan bod. Want personeelsschaarste speelt niet alleen in Nederland, maar is een mondiaal probleem. Wereldwijd is het tekort aan medewerkers in de zorg op dit moment 7 miljoen mensen, en de WHO verwacht dat dit in 2022 stijgt naar 14 miljoen mensen …
Actievere rol in eigen zorgproces
Enerzijds was de Keynote een zeer persoonlijk verhaal van Christopher Ross, de CIO van Mayo Clinic in de Verenigde Staten. Hij vertelde dat hij afgelopen jaar zelf de diagnose kanker kreeg. Daarmee werd hij als ICT-verantwoordelijke ineens zélf zorg-afnemer. Het besef dat ICT kan helpen om zowel voor zorgverleners als zorgafnemers het proces te ondersteunen en de ervaring te verbeteren werd daarmee plotseling wel heel evident.
Veel zorgafnemers kunnen (en willen) een veel actievere rol spelen in hun eigen zorgproces en dit levert aantoonbaar betere eindresultaten in termen van snelheid en mate van genezing! De sleutel hierin is overigens wederom ‘interoperabiliteit’. Een thema dat al verscheidene jaren steeds prominenter terugkomt op de HIMSS, zowel in de VS als in Europa.
‘Voorschrijven van ICT werkt niet’
Toegang tot medische gegevens
Het tweede deel van de Keynote bestond uit een paneldiscussie met (oud-)politici over ICT voor de Zorg onder leiding van Hal Wolf. De deelnemers concludeerden onder meer dat het voorschrijven van ICT niet werkt, maar dat het empoweren van zorgconsumenten daarentegen juist wel helpt. Met andere woorden, beter “pull” dan “push”. Voorwaarde is wel dat consumenten een uniforme toegang hebben tot hun eigen medische gegevens. Een belangrijke katalysator hierbij is de FHIR (spreek uit: Fire) API, de internationale standaard voor het digitaal uitwisselen van medische gegevens binnen en tussen zorginstellingen. De FHIR – de afkorting staat voor Fast Healthcare Interoperabilty Resources – is overigens vlak voor de HIMSS bij wet vastgesteld. Burgers kunnen een settop-box krijgen waarmee ze toegang hebben tot al hun medische gegevens. (N.B. dit is een interessant verschil met Nederland, waar iedere zorgorganisatie een eigen portal biedt!)
Waarde uit data halen
Een andere belangrijke conclusie die de deelnemers aan de paneldiscussie trokken, is dat ICT voor de zorg de afgelopen tien jaar volop bezig is geweest met het digitaliseren (vervangen) van al het papier. Daarmee is het grondwerk nu gedaan. De komende tien jaar komen we er eindelijk aan toe om alle waarde uit de data te gaan halen. Met andere woorden, nu kan het werk pas daadwerkelijk iets gaan opleveren. Misschien is dit ook het pad dat we in Nederland moeten volgen?
Belangrijke trends
Op de beurs hebben we ook een aantal belangrijke trends gesignaleerd die met het uitwisselen en interpreteren van grote hoeveelheden medische data te maken hebben. Zoals kunstmatige intelligentie, spraak- en tekstherkenning en interoperabiliteit op basis van software van met name Rhapsody, Intersystems en Infor.
‘Nederlands trots, sessies Philips en Bernhoven’
Meer preventieve zorg
Ten slotte stonden op het Nederlandse programma nog enkele interessante sessies. Zo was het natuurlijk erg leuk om “Nederlands eigen trots” te zien en te horen: Philips, dat inmiddels een wereldspeler is op het gebied van Healthcare. En dat raakt meteen ook een ander aspect waarmee de schaarste in de zorg op verschillende vlakken creatief kan worden aangepakt met voordelen voor de zorg-consument, namelijk het bieden van méér preventieve zorg (Population Health management). Philips ontwikkelt daar veel producten voor, wat mogelijk ook kan leiden tot een grote rol voor de zorgconsument zelf.
Twee simpele uitgangspunten
Als je deze lijn doortrekt, kom je vanzelf bij de presentatie van Bernhoven. Een zeer sterk verhaal, met twee simpele uitgangspunten. Ten eerste: Als je weet dat 40% tot 70% van de ziekenhuiszorg betrekking heeft op chronische zorg, moet die zorg dan wel in of vanuit het ziekenhuis worden geleverd? En ten tweede: Wat zou je als zorgverlener doen als een zorgvraag betrekking had op je eigen familie? Laat je die aanpak leidend zijn voor de aanpak van alle patiënten?
Van volumegedreven naar kwaliteitsgedreven zorg
Vanuit deze twee vertrekpunten werd een omwenteling van volumegedreven naar kwaliteitsgedreven zorg gemaakt. Daarbij is nauwe samenwerking met de eerstelijnszorg uiteraard noodzakelijk. De opvallendste conclusie: Al vier jaar achterelkaar dalen de zorgkosten, en het mooie is dat de kosten óók in de eerstelijn dalen. Het gaat dus niet om een verplaatsing van kosten, maar om een daadwerkelijke kostendaling. Het zijn indrukwekkende resultaten die je de vraag doen stellen of het model van Bernhoven niet een blauwdruk voor de rest van Nederland zou moeten worden…
Volop inspiratie
Kortom, de HIMSS was weer een bron van kennis en nieuwe inzichten, waar we volop inspiratie voor de toekomst hebben opgedaan. We verheugen ons dan ook op ons volgende bezoek aan de HIMSS: de Europa-versie, van 11 t/m 13 juni in Helsinki.
Meer lezen over de HIMSS?
Lees ook Niels’ eerdere blog: Schaarste, het Nederlandse HIMSS-thema, is niet alleen maar negatief
Voor meer informatie kunt u contact opnemen met Niels van Peer: