‘De uitdagingen waar we voor staan zijn niet langer technisch van aard, maar praktisch, meer gericht op de zorg zelf.’
De tweede podcast in de serie ‘De toekomst van ICT in de Zorg’. Martine Hauwert praat met Niels van Peer, commercieel directeur, en Dik van Deursen, directeur Service Extern bij RAM-IT. Wat zijn de veranderende ICT-behoeften in de zorg? En welke ontwikkelingen komen wij tegen in de markt en bij klanten en prospects? Hieronder in het kort de 10 belangrijkste conclusies uit de podcast.
1. Misschien wel de belangrijkste is dat het leveren van de zorg zelf weer centraal komt te staan. IT moet zijn als ‘water uit de kraan’. Als zorgorganisatie en eindgebruiker hoef je er steeds minder over na te denken. IT ligt letterlijk voor het grijpen op elke werkplek: any time, any place, any device. Vanuit de mogelijkheden die de cloud biedt kunnen we alle diensten voor de zorgen aanbieden als ‘as a service’. De verschuiving van zelf investeren in IT (Capex) naar ICT als dienst afnemen (Opex) is definitief. Innovatie is daarmee dus primair een zorgvraag en geen technische vraag.
2. Het eigenaarschap van de IT verschuift daarmee ook richting de aanbieders van IT-services. Dat heeft als voordelen dat zorgorganisaties over het algemeen eerder en zonder extra kosten over de laatste IT kunnen beschikken. Daarnaast is het eenvoudiger geworden om initiatieven van andere zorginstellingen te projecteren. Er liggen goede kansen voor krachtige samenwerking.
3. De traditionele rolverdeling tussen zorginstelling en IT-leverancier beweegt richting intensief partnership. Zorginstellingen kunnen zich concentreren op hun cliënten en personeel. Ze hoeven zelf geen IT-oplossingen meer te bedenken.
4. We zien dat ook terug in de (regionale) zorgketen. De samenwerking tussen verschillende zorgpartijen, zoals thuiszorg, ouderenzorg, huisarts en ziekenhuis, neemt toe. De vraag ‘hoe zorgen we dat minder mensen in het ziekenhuis belanden’ heeft ook een financieel aspect: minder inkomsten voor de ziekenhuizen. ICT maakt een integrale benadering mogelijk en faciliteert het keten-denken. Wetgever en verzekeraars spelen hierin ook een rol.
5. De gevraagde (en geleverde) IT is meer flexibel, je kunt die makkelijker op- en afschalen en op afstand werken. Dat leidt overigens niet direct tot kostenbesparingen.
6. Sociale portalen zijn sterk in opkomst en zorgen voor meer digitale werkplekken. Veel zorgorganisaties hebben nog oude ICT, legacy, gemixt met nieuwe ICT, applicaties. Via sociale portalen kun je die twee werelden op een uniforme manier aanbieden aan gebruikers. Dat levert een standaard manier van werken op, onafhankelijk van de rol en de werkplek.
7. Het sociale portaal zorgt daarnaast voor een extra dimensie als communicatiekanaal voor medewerkers onderling. Met name de binding met en tussen ambulante medewerkers krijgt hierdoor een impuls; het portaal als een intern Facebook.
8. Adoptie is een belangrijk aandachtspunt. De digivaardigheden van medewerkers zijn vaak erg wisselend. Door een stapsgewijze benadering, trainingen en video-instructies zien we steeds meer positieve ervaringen.
9. Security behoudt de hoogste prioriteit. Ransomware kan een enorme impact hebben op een zorginstelling. Veiligheid speelt om die reden een prominente rol binnen RAM-IT en is integraal onderdeel van de dienstverlening.
10. Het blijft belangrijk dat je als zorgorganisatie vooraf goed nadenkt over wat je wilt, voor wie, hoe en wat het moet opleveren voordat je, mogelijk verkeerde, beslissingen neemt. Maar vijf jaar vooruit denken is te ver. Het gaat om de praktijk van vandaag en morgen. Domotica en data zijn daarin heel belangrijke ontwikkelingen. De centrale vraag is hoe je die integreert in je bestaande ICT. Deze uitdaging is niet technisch, maar praktisch van aard. Wat gaat je helpen in je zorgproces? Over welke data wil je beschikken? Er zijn veel goede initiatieven in Nederland. Het is aan ons allemaal om die te bundelen en versnippering te voorkomen. De gedachte van ICT outsourcing sluit aan op de primaire oriëntatie op de zorg zelf.
Voor meer informatie neemt u contact op met Niels van Peer.